1000 vragen #65 Ben je geworden wat je vroeger wilde worden ?
Nog niet eens afgestudeerd en … ‘raak’ !
Ik werd gerekruteerd toen ik nog studeerde. Dat klinkt alsof ik een bijzonder talent heb, maar het was van beide kanten (werkgever en mezelf) de logica zelve. Sedert mijn 16de werkte ik freelance voor een aantal tijdschriften die onder hetzelfde uitgevershuis woonden, een contract voor onbepaalde duur leek het logische gevolg.
Schrijven, research, persconferenties, ik had er echt wel mijn ding. Dit was mijn droom en hij werd mij op een plaatje geserveerd.
Zo jong, (zo mooi ?) en zo alleen
Ik kwam terecht in een team van mensen die allemaal stukken ouder waren dan ik. Daar kwam bij dat ze minder verdienden. Niet dat ik ooit over mijn loon heb onderhandeld. Ik had werkelijk geen idee. Alles leek mij ‘veel geld’ in vergelijking met mijn studententoelage. Maar het geen goede start. Ik kwam in een team terecht dat goed draaide en geweldig geroutineerd was en van mij werd ‘het verse bloed’ verwacht. Er was geen coaching en ik kreeg alle vrijheid die ik wilde. Maar ik was te jong. ‘Nieuwe ideeën’ werden onmiddellijk van de tafel geveegd als ‘we hebben dat al geprobeerd’. Men hield me niet tegen en ik werd alsmaar eenzamer. De verkoopcijfers gingen niet spectaculair naar omhoog en dat werd ook wel verwacht.
Ik nam ontslag en zou gaan studeren
Dit zou het dus niet worden. Mijn man zou aan zijn (betaalde) doctoraat beginnen en ik zou terug gaan studeren. Filosofie. De eerste jaren was ik broodwinner voor hem – hij studeerde nog – nu werden de rollen omgekeerd. Mijn werkgever was netjes, betaalde me door tot mijn studie in oktober zou beginnen. Er wachtte ons een zomervakantie van 3 maand. Hij afgestudeerd, ik uitziend naar een volgende studie.
Het liep helemaal mis
Het loopt niet altijd zoals we willen en in wat drie zalige zomermaanden moesten worden, werd ik weduwe, waardoor het de donkerste maanden van mijn leven werden. Het betekende ook ‘einde droom studie filosofie’ want er moest brood op de plank komen. Ik nam een interim aan in het onderwijs en van het één kwam het ander. Lees : meer dan een kwarteeuw onderwijs.
Is dit wat ik wilde ?
Een kwarteeuw onderwijs dus. Meer zelfs. Zou ik het opnieuw doen ? Nee. Zeker niet. Doe ik het tegen mijn zin, gelukkig ook niet. Die jonge mensen maken véél goed. Heel veel. Ik zie mezelf als een enthousiaste leraar. Mijn leerlingen liggen me héél na aan het hart. Ik geef met hart en ziel les. Toch begrijp ik dat het beroep van leraar niet aantrekkelijk is. Voor wie denkt dat het om het loonbriefje gaat, dat is bij mij zeker niet het geval. Er zijn andere redenen waarom ik niet meer in het onderwijs zou gaan.
Taboe onder leraren
Misschien moet ik daar eens een apart blogje over schrijven. Het taboe onder leraren is echter zeer groot. Deze leraren krijg snel het etiket lui te zijn en snel te klagen. Er wordt snel met cliché’s gegooid: zoveel vakantie ! Dat ze eens op een ander werken ! Dat op zich is soms echt vermoeiend. Al die meningen over het onderwijs. Ik heb nooit zoveel meningen gehoord over het beroep van slager. Of van postbode. Metsers komen zelden of nooit in het nieuws. Over het beroep van leraar is er een grote publieke opinie. Dat het niet goed gaat met het beroep verwondert me niets.
Noot : geheel onafhankelijk schreef Elke vandaag iets in dezelfde trant. Specifieker, maar ik kon het evengoed zelf geschreven hebben.
Ik heb vroeger nooit echt een uitgesproken idee gehad van wat ik wilde worden. Wel wat ik wilde studeren, maar niet wat ik daarmee wou doen. Ik ben direct na mijn afstuderen in het onderwijs gerold. Dat beviel mij toen wel, maar ik had wel het gevoel dat ik dat niet voor de rest van mijn leven wou doen. Uiteindelijk heb ik maar 1 jaar lesgegeven – door een fusie van twee scholen verloor ik mijn job.
Daarna kwam ik in het bedrijf terecht waar ik nu al meer dan dertig jaar werk. Is dit de job waar ik van droomde? Nee, want ik wist niet eens dat die job bestond, maar hij sluit wel goed aan bij mijn interesses en ik doe het werk nog altijd graag.