Onverbeterlijk
Ik kijk naar buiten en zie het weeldigere groen van de tuin. Het jonge geweld dat nog met geen blaadje heeft opgegeven en zich vermenigvuldigt als verweer tegen de onvermijdelijke herfst.
Ik kan er zo ontzettend van genieten. Buiten, buiten en nog eens buiten. Zon, licht, wind.
Terug van de kust alwaar ik niets anders gedaan dan buiten geleefd, wandelend in de polders, kilometers over de dijk, over het strand met blote voeten en natte tenen.Of ik liet me verdwalen in een boek vol magie.
Ik ben een onverbeterlijke romanticus. Met zo’n weer kan alles me zowat verleiden.
Dus opnieuw, kortgerokt, de natuur in vandaag !