thinking
Ik veronderstel dat wanneer ik hardop denken zou, ik werkelijk gevaarlijk zou worden.
Dan zou ik spiegels willen zetten, overal. Zo’n magische waardoor mensen zien wat ze doen, hoe ze zichzelf van alles wijsmaken, hoe ze in woorden van alles zeggen maar uit hun daden blijkt dat ze toch voornamelijk met zichzelf bezig zijn.
Ik zou aan ieder mens willen vragen : wat doe jij voor je medemens ? Voor wie laat jij dingen die je lief zijn ?
Tuurlijk, ik zou ook voor de spiegel moeten.
Daarom ben ik – de lezer heeft het al weken door – ook zo diep aan het nadenken.
Ik wil het niet meer : altijd meer en meer. Het beangstigt mij om in de ratrace van mijn omgeving te zitten : meer, meer. Ik wil dit, ik wil dat. Ik wil een betere job, ik wil meer verdienen, ik wil meer werken (wat eigenlijk altijd neerkomt op meer verdienen of carrière), ik wil meer zus en zo.
Ik word er stapel van, meer en meer en meer.
Ik wil niet meer !