let’s talk about work
Mijn werkschema zit zo in elkaar dat ik 60 procent van de te presteren uren per week, op maandag en dinsdag doe, wat betekent dat er op maandag en dinsdag niet veel tijd meer over voor iets dat niet met het werk te maken heeft.
Wellicht ben ik gisteren overmoedig geweest door toch nog af te spreken met vrienden, het hart was er wel, de geest al veel minder. Die was niet bij het werk, die was gewoon nergens, knock-out gewoon.
Het werkjaar begonnen met allerlei goede voornemens en tot nu toe lukt het allemaal heel goed, al vraag ik mij dikwijls af hoe rekbaar alles is. Rekbaar zoals : een uurtje vroeger opstaan, geheel beïnvloed door de zovele boeken en artikels die de nadruk op een rustig begin benadrukken. Gezond ontbijt ook, meteen geleerd dat dat alles te maken heeft met tijd hebben. Op tijd in bed, en nog altijd levend volgens mijn al jaren standhoudende PEP-religie.
Op donderdag studeren. Seminaries, workshops. Zwaar maar zeer interessant. Inzicht krijgen in interacties tussen mensen, verborgen motieven waarom iemand iets doet, kortom : regelrechte (praktische ?) psychologie en ondertussen zelf laveren tussen de Grote en Kleine gebeurtenissen van het Leven.