All the light we cannot see
All the light we cannot see, van Antony Doerr was er zo eentje. Ondanks alle lofprijzingen kon ik maar niet in het verhaal komen. Missschien komt het omdat het het zoveelste oorlogsverhaal was – er zijn limieten ! – maar waarschijnlijk ook omdat de auteur het nodeloos ingewikkeld maakte.
Er zijn drie verhaallijnen, dit van de jonge Duitse Werner, die ingelijfd wordt als radiotechnicus bij het Duitse leger, dit van Marie Laure, een jong blind Frans meisje dat met haar vader uit Parijs vlucht omwille van de oorlog. En tenslotte het verhaal van Sergeant Major Reinhold von Rumpel, een zieke Duitser op zoek naar een diamant die de bezitter het eeuwige leven zou schenken.
Hier en daar zijn nog uitstapjes naar andere verhalen (de vriendschap tussen Werner en Frederick), de relatie tussen Werner en zijn zus Jutta , maar die zijn nergens uitgediept. Het zijn uitstapjes die geen echt doel hebben.
Om het nog ingewikkelder te maken zijn die verhaallijnen niet chronologisch. Bij ieder hoofdstuk moet je dus ook even zien of we nu nog voor de oorlog, dan wel middenin de oorlog zitten of in de eindfase waar Duitsland zich moet terugtrekken.
Met meer dan 500 bladzijden te gaan was het dus een kwestie van volhouden. Ik dacht : misschien komt het nog, maar het werd alleen maar vreemder.
Smaken verschillen, da’s duidelijk !
Anthony Doerr, All the Light we cannot see, 2014 (?), 531 pagina’s
Vertaald in het Nederlands onder de titel : Als je het licht niet kan zien.
Ik heb zelf de Kindle-editie gelezen.
Het boek staat op mijn “want to read”-lijst. Omdat ik er al zo veel goeds over gelezen heb. Na het lezen van jouw mening, ga ik het wat lager in de lijst zetten.