De meisjes van de Goede Herder – ‘afvalputje van de jeugdzorg’
Christel Don schreef een innemend boek over ‘gevallen meisjes’. Ze werden in de laat 19de tot in de tachtiger jaren van de 20ste eeuw weggestuurd en ondergebracht in een religieus ‘instituut’. De doelstellingen waren vaag of net heel duidelijk: deze meisjes onzichtbaar maken. In ‘De meisjes van de Goede Herder’ laat Christel Don ze vaak zelf aan het woord. Het zijn innemende, getuigenissen.
Noot vooraf: niet enkel in Nederland
Ook al zijn er in ‘De meisjes van de Goede Herder’, enkel Nederlandse vrouwen aan het woord, het fenomeen van ‘weggestuurd en opgesloten worden in schrijnende omstandigheden in een huis van De Goede Herder is niet exclusief voor Nederland. De geschiedenis van de Goede Herder gaat terug tot in de 17de eeuw in Frankrijk. In de 19de eeuw kreeg de congregatie een nieuwe wind in de zeilen. Er ontstonden maar liefst 346 kloosters over de hele wereld. Ook in België waren er huizen van ‘De Goede Herder’, één ervan vind je o.a. in Leuven.
Het boek is dus geen verhaal dat enkel en alleen thuishoort in de geschiedenis van Nederland.
Genuanceerd beeld
In ‘De meisjes van de Goede Herder’ probeert Christel Don een genuanceerd beeld over het leven in deze huizen te schetsen. Ze doet dit vooreerst door chronologisch te werken. Wat er in de huizen gebeurde begin 19de eeuw is niet hetzelfde als in de 70-er jaren in de 20ste eeuw. Niet dat de situatie toen optimaal was.
Verder laat Don verschillende mensen aan het woord. Vooreerst de meisjes zelf, nu vrouwen op leeftijd. Maar ook toenmalige zusters komen aan het woord en mensen uit de buurt. De verhalen spreken elkaar niet tegen, maar vullen elkaar aan. Niemand spreekt zich echter positief uit ten aanzien van de huizen.
Het was een geluk dat er inmiddels een flinke groep lotgenoten bestond van meer dan tweehonderd vrouwen die ooit bij De Goede Herder hadden gewoond. Anita Suuroverste en Joke Vermeulen, de boegbeelden van deze groep, brachten me met een aantal vrouwen in contact, en ik mocht een lotgenotenbijeenkomst bijwonen. Andere vrouwen vond ik via kranteninterviews, fora en sociale media.
Uit hun verhalen bleek dat de werkelijkheid genuanceerder en daardoor ook complexer was dan ik uit de media had opgemaakt. Het is onmiskenbaar dat alle vrouwen die ik de afgelopen jaren interviewde – en dat waren er meer dan degenen die in dit boek bij naam worden genoemd – allemaal op hun eigen manier getekend zijn door hun tijd bij de Goede Herder.
Christel Don, De meisjes van de Goede Herder, Alfabet 2024
Erbarmelijke toestanden: binnen en buiten De Goede Herder
Wie het boek leest kan niet anders dan onder de indruk zijn van de erbarmelijke toestanden waarin de meisjes moesten leven. Geen vrijheid, hard werken, geen aandacht voor persoonlijke ontwikkeling en aanvankelijk zelfs geen echt onderwijs of vorming. Ze kwamen er terecht omdat ze ‘moeilijk opvoedbaar’ waren of zwanger. Het gebeurde dat een (stief-)vader de kinderen misbruikte of ronduit het huis uitzette. Dikwijls werden deze jonge meisjes onder totaal valse voorwendsels ‘afgezet’ bij de zusters, zonder enig besef dat niet meer naar huis konden of de reden van dit alles.
Joyce was dertien toen ze in Bloemendaal terechtkwam. De meeste meiden die in het opvanghuis verbleven waren ouder, achttien of negentien, en ze zaten er om uiteenlopende redenen. Vaak vanwege ellende thuis, zoals incest of een gewelddadige vader, (…). Een ander meisje dat indruk op haar maakte, was Evie. Ze had haar lange haren afgeknipt omdat ze hoopte dat haar oom haar niet meer zou verkrachten als ze er als een jongen uitzag.
Christel Don, De meisjes van de Goede Herder, Alfabet 2024
Verdienste van het boek
Christel Don geeft met dit boek een stem aan de vele meisjes – nu vrouwen – die door de maatschappij werden weggezet als hopeloos. Het zal de lezer niet ontgaan dat meisjes er weinig toe deden als ze in de problemen raakten. Dat het er in de huizen van De Goede Herder slecht aan toeging, gaat ze niet uit de weg. Maar evengoed gaat het om een hele maatschappij die niet weet hoe om te gaan met jonge meisjes, een overheid die misschien maar al makkelijk kinderen ‘uit huis zette’ zonder enige bekommernis voor het welzijn van deze jonge meisjes.
Het boek nodigt uit tot reflectie: hoe gaan we als maatschappij om met jongeren die het moeilijk hebben, die misschien wel weerbarstig en rebels zijn, maar bovenal jong? Blijven we in hen geloven of zetten we ze ‘weg’?
Voor wie is dit boek?
Lezers die interesse hebben in levensverhalen en getuigenissen zullen dit boek graag lezen. Lezers die decennia geleden in aanraking kwamen met katholieke internaten zullen misschien wel een en ander herkennen, al zij het maar de chambrettes en de organisatie van het internaatsleven. Wie werkt met zogenaamd ‘moeilijke’ jongeren zal in dit boek misschien wel een extra motivatie vinden om altijd opnieuw kansen te geven: uit het boek blijkt maar al te vaak hoe één iemand het verschil kan maken. Een luisterend oor, iemand die in je gelooft.
Het boek is vlot geschreven en leest als een roman. Er is een uitgebreide bronnenlijst voor wie meer wil lezen.
Christel Don, De meisjes van de Goede Herder is een uitgave van Alfabet (2024). Het boek telt 288 blz. en is o.a. te koop bij Bol.com voor €22,99 (paperback) of als e-book voor € 12,99.
Graag meer lezen?
Interesse in meer recensies? Via deze link word je verwezen naar alle andere recensies.
Of je volgt me via instagram KaatLeest of de FB-pagina Kaatleest.