1000 vragen #64 Wat heeft jou het meeste verdriet gedaan ?
Het achtervolgt me al een leven lang – of toch meer dan een half leven
De dood van mijn eerste man – we waren net een jaar getrouwd – kerfde een kras in mijn hart die nooit meer overging. Hij ging zomaar dood. Zoals je je vingers knipt. Zonder aanleiding. Zonder ziekte. Alsof iemand gewoon om een knopje duwde.
Ik had snel door dat het ergste niet zijn dood was, maar wel dat het leven verder ging. De dood had willekeurig gekozen. Hij zou nooit ouder worden dan 27, ik zou blijven leven.
Ik ging door met leven, oftewel overleven
In zekere zin hebben we geen andere keuze dan te leven. Of we willen of niet. Ik was gezond en er moest brood op de plank komen. Weerom: de onbarmhartigheid van het leven. Alles went, zegt men. Dat is ook zo. Ik leefde voortaan als weduwe. Vulde mijn leven met werken en veel, heel veel reizen. Ver weg buiten Europa.
Er komt nieuw leven
Ondertussen ben ik al jarenlang opnieuw getrouwd. Met een schat van een man. We hebben het goed samen. Heel goed. Zo goed zelfs dat ik mij soms afvraag of die dood zich schaamt en mij dubbeldik terug betaalt. Onzin natuurlijk. Maar ik ben er wel dankbaar om.
Het allergrootste verdriet
Toch is mijn vertrouwen in het leven behoorlijk aangetast. Het kan zo gedaan zijn. Hup, weg. Dat besef is nooit meer weg gegaan. Misschien is dat wel het allergrootste verdriet.
“1000 vragen aan mezelf” gaat terug op een boekje dat een tijd geleden bij Flow zat. Het is een klein boekje en er is geen plaats voorzien om te antwoorden, daarom dacht ik : waarom niet op de blog ? Voor het pure plezier van het schrijven ? Het verzamelen van herinneringen, wat volgens Gretchen Rubin, bijdraagt tot geluk ? Vandaar een nieuwe rubriek : 1000 vragen over mezelf.
Niets weerhoudt je om mee te doen !
Ik herken heel veel van wat je schrijft over je grootste verdriet, al gaat het bij mij om de doodgeboorte van ons kindje. Je moet inderdaad verder met je leven, je hebt geen keuze. We hadden al een kind dat niets begreep van mijn verdriet en elke dag vrolijk wakker werd met de vraag: wat gaan we doen vandaag? Je bent wel verplicht om door te gaan, alleen al omwille van dat oudste kind.
Daarna kwam gelukkig weer nieuw leven, een schat van een zoon. Maar toch blijft het grote verdriet nog altijd ergens knagen. En ik heb ook het gevoel dat een soort basisvertrouwen in het leven mij ontnomen is.
Onnodig te schrijven dat ik je snap. Er zitten veel gelijke lijnen in. Ik ben blij met je zin’ Daarna kwam gelukkig weer nieuw leven’. En dan komt er een maar na. Snap ik helemaal. Niet een ‘maar’ ten aanzien van dat nieuwe leven. Wel: dat er toch iets van dat verdriet altijd blijft. Wat er daarna ook komt en hoe groot die schat van een zoon/man ook is !
Dank je voor je reactie !