Na de operatie – deel 2 – diary
Donderdag 12 november
Dingen die nooit te nimmer terugkomen :
operatie als kind. 6 jaar of zo was ik de allereerste keer onder het mes ging. Mijn thuiskomst werd gevierd met een verhuis naar het bed van mijn ouders (geen idee waarom) en àl mijn broers en zussen hadden cadeautjes voor me ! Allemaal ! Koningskind was ik ! Pudding met speculaaskoekjes !
Nu reed het lief mij naar huis na de operatie en hij legde zijn hand op mijn dij en kneep erin ‘Dat is goed gegaan hé ?’ zei hij, compleet vergetend dat het net dàt been was dat onder het mes was gegaan. Ik denk dat ze dat martelen noemen. Anderzijds : zijn paniek was bij het realiseren nog groter dan die van mij.
Nu zit ik alleen thuis. Daar zijn ook voordelen aan : ik kijk zo lang als ik wil TV en ik ben groot genoeg om zoveel snoep uit de kast te halen als ik wil. Minpunt : er is geen voorraad.
Dingen waar ik naar uit zie
Douchen ! Dat mag nog niet wegens allerlei infectiegevaar. Gelukkig mag ik me wel zélf wassen. Die chirurg is werkelijk een no-nonsens man. Hij zei ook : na een week mogen die operatiepleistertjes eraf. Je huisarts kan dat doen, maar mij lijkt dat jij dat ook kan. Sure !
Waar ik ook naar uit zie : meer dan 1000 meter in een keer stappen, fietsen. Het komt allemaal terug !
De wonderlijke wereld van het ziekenhuis
‘Mijn’ chirurg is niet geconventioneerd. Geen enkele van de mogelijke vier. Ik had al kilometers verder moeten gaan. Ze mogen dus erelonen vragen, maar, zo staat op het formulier : ze kunnen niet zeggen hoeveel. Hoe doen mensen dat met een bescheiden inkomen ? Of geen ? Zelf het mes erin zetten ?
File bij de operatiezaal ! Letterlijk, geen auto’s maar bedden. Er was een ‘in’ (nog te opereren) en een ‘out’ (geopereerd, wakker worden). Om het mes niet in de verkeerde plaats te steken of de mild bij de verkeerde man te verwijderen werd mij herhaaldelijk gevraagd wie ik was en welk been aan de orde was. Ik droeg een klassiek ID-armbandje met daarop mijn naam en GSM-nummer. Ik vroeg me af of ze mij zouden bellen als het fout was gelopen.
Vrijdag 13 november
Er worden vandaag zo’n 900 taarten op het werk geleverd. De man met de vrachtwagen belde daarnet. ‘Ik kom eraan’, zei hij, binnen 20 minuten ben ik er. Ik zag ‘m al die 900 taarten leveren in ons huis. Misschien toch maar bij het werk leveren ? Heel onze school zal vanaf 10 uur geuren naar taarten. Dat is een uniek gebeuren. Het lief brengt er twee mee met de groeten van de school.
Mijn been ziet er ondertussen uit alsof er een bulldozer is over gegaan. Het slaat alle kleuren blauw uit. We gaan van bloederig rood de dag van de operatie naar diepblauw en alle varianten. Als troost kijk ik naar het andere been. Ik bedenk me dat ik een blauw badpak heb. Het gaat toch opvallen vrees ik. Wanneer mag een mens trouwens weer zwemmen ?
"Dagboek na een operatie" wordt een zeer korte reeks, ik voorzie één week. Optimistisch als ik ben, ben ik na 1 week postoperatie weer helemaal deoudenieuwe en wordt het leven weer boeiend ! Photo Credits CC-license